‘Met MPR Dracht heb ik geen omkijken meer naar drachtonderzoek’

Een groot afkalfhok waarin koeien zichzelf kunnen redden, voorraadvoedering met behulp van een Weelink voerhek en een goede verstandhouding met de loonwerker. Melkveehouder Kees Lekkerker heeft in zijn bedrijf veel maatregelen genomen om efficiënt te kunnen werken. Hij heeft wat losse hulp maar moet het werk op zijn bedrijf met 131 koeien -die worden gemolken in een 2 x 10 zij-aan-zijn melkstal- verder grotendeels alleen rondzetten.

‘We vragen niet het uiterste van de koeien’, vertelt de veehouder over zijn bedrijfsvoering. ‘Ze moeten het zelf doen op een relatief eenvoudig rantsoen met een groot deel van het jaar volop weidegang’, legt hij uit. In dit regime realiseren de koeien een rollend jaargemiddeld van zo’n 9000 kg melk met 4,60% vet en 3,78% eiwit. Ook als het gaat om de vruchtbaarheid van zijn dieren vertrouwt de veehouder grotendeels op hun eigen kracht. Niettemin ligt de tussenkalftijd net boven de 400 dagen bij een inseminatiegetal van minder dan twee.

Al minstens tien jaar maakt Lekkerkerker gebruik van MPR Dracht van CRV. ‘Daarvoor lieten we de koeien scannen op dracht’, vertelt de veehouder. ‘Maar we hebben een beperkt aantal voerplaatsen en kunnen daardoor niet alle koeien tegelijk vastzetten. Vaak moesten we dan alsnog dieren gaan vangen in de stal wat veel tijd kostte. Toen MPR Dracht beschikbaar kwam leek me dat voor ons bedrijf een ideale oplossing’, herinnert hij zich.

Werken met MPR Dracht bevalt Lekkerkerker tot op de dag van vandaag heel goed. ‘Het werkt heel eenvoudig’, vertelt hij. ‘Bij iedere melkcontrole worden automatisch de dieren geselecteerd die in aanmerking komen voor drachtonderzoek. Bij ons zijn dat op dit moment alle koeien die 42 dagen of meer voor de mpr-datum zijn geïnsemineerd. Maar ik kan deze selectie aanpassen als ik dat wil. In het CRV Managementsysteem kan ik bovendien nog extra dieren aanvinken die ik wil laten onderzoeken, bijvoorbeeld omdat ik twijfel of ze nog wel drachtig zijn.’

De veehouder en de monsternemer hebben verder geen omkijken naar het onderzoek. De geselecteerde monsters worden automatisch onderzocht op de aanwezigheid van een eiwit dat de dracht voorspelt en de uitslag wordt automatisch in het CRV Managementsysteem verwerkt. ‘Er zijn drie opties. De koe is drachtig, ze is niet drachtig of de uitslag is onzeker’, legt Lekkerkerker uit. ‘Bij een onzekere uitslag laat ik de koeien bij de volgende mpr nogmaals onderzoeken maar in veel gevallen blijkt al eerder dat ze toch niet drachtig zijn. Natuurlijk moet je de koeien in de gaten blijven houden’, relativeert de veehouder. ‘Af en toe sterft een vruchtje na drachtonderzoek alsnog af. Maar datzelfde gebeurde bij koeien die via scannen drachtig zijn verklaard’, herinnert hij zich.

Met tien jaar ervaring durft Lekkerkerker met een gerust hart te stellen dat de uitslag van MPR Dracht net zo betrouwbaar is als die van rectaal drachtonderzoek.