Het bij elkaar zetten van de dochters van CRV’s hoogst beschikbare dochtergeteste roodbonte stier, maakte bij Koster één ding duidelijk. ‘De stier stempelt, want zijn dochters zijn allemaal hetzelfde. Ze zijn gemiddeld qua maat, melktypisch gebouwd en hebben goede benen en strakke uiers. Op het eerste oog dus helemaal niks mis mee. Daardoor vielen ze me ook nooit op.’
Ook in productie doen de dochters van Popcornzoon Wingstar het goed. ‘Van de zes staat er eentje net onder de 100 lactatiewaarde, de anderen staan boven tot ruim boven de 100. Maar dat moet ook’, klinkt Koster kritisch, ‘Jonge beesten hebben het hoogste genetische potentieel, die moeten bovengemiddeld staan.’