‘Geen idee waar het vandaan komt, maar als kind was ik al geïnteresseerd in dieren. Vandaar mijn keuze voor een studie diergeneeskunde. Ik wil later graag werken met grote huisdieren, het liefst met koeien. Maar ik realiseer me dat ik nog niet zo veel weet van de praktijk van de veehouderij. Daarom loop ik in mijn vrije tijd wel eens mee met een dierenarts en zo kwam ik in contact met een meisje dat als monsternemer bij CRV had gewerkt. Omdat je als monsternemer met veel verschillende veehouders in contact komt, leek me dat wel een mooie bijbaan. Ik doe het werk als monsternemer dus niet alleen om geld te verdienen, maar ook om te leren.’
Vijf vragen aan monsternemer Arjan Baijense: ‘Veehouders waarderen mijn werk’
Meer dan 1000 medewerkers van CRV in Nederland en Vlaanderen zijn dagelijks met passie aan het werk. Dit doen ze in verschillende functies, maar met een gezamenlijke missie: melk- en vleesveehouders helpen hun veestapels en bedrijfsvoering te verbeteren. Arjan Baijense (22) assisteert als monsternemer veehouders met de uitvoering van de melkproductieregistratie (mpr). Drie avonden en drie ochtenden in de week staat hij bij veehouders in de omgeving van zijn woonplaats Gameren (bij Zaltbommel) in de melkstal om de melkgift van koeien te registreren en monsters van de melk te scheppen. Deze monsters worden onderzocht op onder andere vet- en eiwitpercentage en celgetal. Arjan doet dit werk als bijbaan naast zijn studie diergeneeskunde.
Hoe ben je monsternemer bij CRV geworden?
Wat heeft het werk als monsternemer jou geleerd?
‘Monsternemen is op zich niet ingewikkeld. Maar als je op een bedrijf aan het werk bent sta je er wel alleen voor. Ik heb daardoor geleerd om zelfstandig te werken en problemen op te lossen. Daarnaast leert dit werk me sociale vaardigheden. Iedere veehouder is anders maar ik sta wel een uur of twee met hem of haar in de melkput. Toch ga ik nergens met tegenzin naar toe. Tijdens of na het werk hebben we soms hele gesprekken. Daardoor leer ik veel over de problemen waar veehouders tegenaan lopen. Als het gaat om de gezondheid van de koeien is dat voor mij als student diergeneeskunde natuurlijk extra interessant. Op ieder bedrijf speelt wel iets en iedere boer heeft zijn eigen oplossingen. Erg leerzaam is dat.’
Wat maakt jouw werk als monsternemer leuk?
‘Mijn bijbaan bevalt me heel goed. Ik kom op veel verschillende bedrijven en maak kennis met veel verschillende veehouders. Geen dag is hetzelfde. De afwisseling en het contact met de veehouders maken het werk leuk. De meeste veehouders beginnen al ’s ochtends rond een uur of zes met melken. Gelukkig kan ik goed mijn bed uitkomen en doordat ik vroeg begin kan ik na het werk op tijd in Utrecht zijn voor colleges. De avondmelkingen sluiten vaak ook mooi aan. Per week bezoek ik drie bedrijven. Dat betekent dat ik drie avonden en drie ochtenden, gemiddeld twee uur per keer, in de melkput sta. Zo kan ik het werk goed combineren met mijn studie.’
Wat kun je als monsternemer betekenen voor veehouders?
‘De mpr-uitslag geeft heel veel cijfers over de prestaties van de koeien die veehouders kunnen gebruiken om beslissingen te nemen. Ook de dierenarts met wie ik wel eens mee ga gebruikt, de mpr-uitslag, en dan met name de informatie over het celgetal, in zijn adviezen. De informatie uit de mpr is voor veehouders dus heel belangrijk. Ik weet waar ik het voor doe en de veehouders waarderen mijn werk.’
Wat is het mooiste verhaal dat je als monsternemer hebt meegemaakt?
‘Op een melkveebedrijf gebeurt er nog wel eens wat. Er staat bijvoorbeeld een hek open waardoor de koeien verkeerd lopen of er kalft een koe tijdens het melken. Laatst was ik op een bedrijf waar een koe ’s ochtends vroeg plat lag met melkziekte. De veehouder had de koe al een infuus gegeven en ging ervanuit dat ze snel weer in de benen zou komen. Tijdens het melken ging hij telkens kijken maar de koe bleef liggen. Na het melken besloot hij om een poging te wagen haar met een drenchbehandeling overeind te krijgen. Terwijl de veehouder wegliep om materiaal te halen, liep ik vast naar het plekje waar de koe in de stal lag. Maar de koe lag er niet meer. Ze was opgestaan en stond tussen de andere koeien aan het voerhek te vreten. Toen de boer terugkwam keek hij met grote ogen. Hij vroeg zich lachend af of ik kon toveren.’
Werken bij CRV
Wil jij ook komen werken bij CRV? Solliciteer dan via deze link!