Sander van Leeuwen kruist met Noors roodbont

Veehouder Sander van Leeuwen
Veehouder Sander van Leeuwen

Tot zes jaar geleden had Sander van Leeuwen een holstein veestapel. Ontevreden hierover was de melkveehouder uit ’t Zand (Noord Oost Groningen) niet. ‘Maar de koeien werden steeds groter en de grootste koeien konden niet meer goed uit de voeten in de bestaande ligboxenstal. Daarbij kreeg ik vaarzen aan de melk waarvan de achterspenen zo hoog hingen dat de robot problemen had met aansluiten’, herinnert hij zich.

Van Leeuwen experimenteerde wat met fleckviehstieren maar toen Xsires hem vroeg of hij mee wilde doen aan een wetenschappelijk onderzoek startte hij met inkruisen met Noors roodbont. ‘De eerste twee jaar insemineerden we, vanwege de proef, de helft van de koeien met Noors roodbonte stieren en de andere helft met holstein stieren’, vertelt hij ‘Daarna zijn we volledig overgestapt op Noors roodbont. Zo gebruiken we op dit moment de stieren Ballangen, Skoien en Storflor.

Quote veehouder Sander van Leeuwen: ‘Productie blijft op peil, afkalfproblemen verleden tijd’

De Groningse veehouder beheert een bedrijf met 150 melkkoeien en 95 stuks jongvee op 90 hectare grond. De koeien realiseren een rollend jaargemiddelde van rond de 9.000 kg melk met 4,40% vet en 3,40% eiwit. In de melkveekoppel lopen inmiddels een groot aantal Noors roodbonte kruislingen van stieren als Reitan 2, Espeland en Enger. De oudste hebben nu drie keer gekalfd. ‘De productie van de kruislingen is gelijk aan die van de holsteins’, stelt Van Leeuwen vast. ‘De kruislingen zijn gemiddeld wat minder groot en hebben meer bespiering. Ze zijn iets slordiger in beenwerk en uiers maar dat laatste vind ik vanwege het robotmelken allen maar een voordeel. Aansluitproblemen hebben we niet meer.’

Uit de cijfers, die worden verzameld voor het onderzoek, komt naar voren dat de kruislingen gemiddeld een iets lager celgetal hebben en dat hun tussenkalftijd wat korter is dan die van de holsteins. Maar Van Leeuwen is vooral te spreken over het afkalfgemak. ‘Afkalfproblemen zijn door kruisen met Noors roodbont verleden tijd’, vertelt hij uit ervaring. ‘Ook zwaardere kalveren worden vlot geboren en daardoor starten verse koeien probleemloos op.’

De dieren met 50 procent Noors roodbontbloed paart Van Leeuwen met fleckviehstieren als Rumgo, Hongkong PP en Haribo en ook deze F2’s presteren en functioneren naar tevredenheid. Het volgende ras in het kruisingsschema is weer holstein. ‘We blijven het holsteinras benutten vanwege de productie-aanleg de hoogtemaat en de uiervorm’, verklaar hij. ‘Maar als de F3’s die nu geboren worden straks weer geïnsemineerd kunnen worden, kiezen we zeker weer voor Noors roodbont. Kruisen met dit ras bevalt ons gewoon erg goed.’